Leer onze 26-jarige mecanicien kennen, die nu zijn derde seizoen begonnen is bij Soudal Quick-Step.
“Ik had een beetje geluk dat ik de kans kreeg om de ploeg te vervoegen. Ik kende Franck Potier al, die hier ook mecanicien is, en ze waren op zoek naar een nieuwe mecanicien. Franck dacht niet meteen aan iemand, maar toen hij me de volgende dag aan de start van een koers zag, gaf hij mijn contact. Ik werkte al in de wielersport. Ik ben begonnen bij Intermarche als freelance mecanicien, daarna kreeg ik een contract bij Uno-X. Maar hier werken was een grote verandering, het is hier allemaal veel professioneler. Ik probeer altijd mijn best te doen en mezelf 200% te geven.
Toen ik zelf nog koerste, was het al een droom om voor deze ploeg te rijden. Het is het beste team ter wereld. Uiteindelijk werk ik voor Soudal Quick-Step als mecanicien, ik kan niet gelukkiger zijn. Mijn grootvader had een fietsenwinkel, hij leerde me fietsen toen ik nog een klein was. Mijn vader was een amateurwielrenner, hij koerste nooit, maar hij fietste veel voor het plezier. Op een dag was er in mijn dorp een koers, en op dat moment speelde ik nog voetbal, maar ik vertelde mijn vader dat ik het wilde proberen. Ik was toen dertien jaar. De sfeer inspireerde me gewoon. Ik probeerde het uit, ik werd vijfde in mijn eerste wedstrijd en ik vond het meteen geweldig. Ik ben gestopt met voetballen en ben gaan fietsen.”
De knepen van het vak leren op het werkveld
“Ik heb gekoerst tot ik eenentwintig was. Ik had last van mijn knieën, dus ik moest stoppen. In het begin was het moeilijk om te stoppen met koersen, omdat ik het heel graag deed. Maar het leven gaat verder, en er zijn ook andere dingen. Ik ben daarna meteen mecanicien geworden. Al van jongs af aan, als junior, was ik bezig mijn fiets zo goed mogelijk af te stellen. De passie was er, misschien ook omdat mijn grootvader mecanicien was. Ik heb twee jaar avondles gevolgd om het vak te leren en ik deed stage in een fietsenwinkel. Maar toch is de beste manier om het te leren op het veld zelf. Het werk van een mecanicien in een fietsenwinkel is totaal anders dan werken in een wielerploeg.
Ik denk dat we hier in het team een mooie mix hebben van jonge en meer ervaren mecaniciens. We leren van elkaar, het is een perfecte combinatie en het drijft iedereen naar het hoogste niveau. Om dit werk te doen, moet je deze passie hebben, je kunt het niet als gewoon werk beschouwen. We doen dit omdat we het leuk vinden. Mecanicien zijn is elke dag anders, de ene keer zit je in de koersauto, de andere dag ga je naar het hotel. Waar ik het meest van houd is de sfeer van de koersen en het op pad gaan met mijn collega's. De renners hebben veel respect voor het werk dat we doen. We werken met de beste fietsen ter wereld, van Specialized, en dat is een droom."
Fantastische herinneringen
“Het is moeilijk om één koers te kiezen die eruit springt, ik houd van de Vlaamse klassiekers en Strade Bianche. Daar voel je net dat beetje extra adrenaline wat een ander gevoel geeft. Dit jaar doe ik mijn eerste Ardennenklassiekers, dus daarna zal ik je vertellen of ik ook houd van die koersen. De druk is er altijd, we mogen eigenlijk geen fouten maken en we geven allemaal alles. Maar het is iets waar je mee moet leren leven.
De Tour de Provence in 2021 was mijn eerste wedstrijd met de ploeg, we wonnen meteen twee etappes met Davide Ballerini, en Julian Alaphilippe werd tweede in het algemeen klassement. Het was een fantastisch begin, een mooie herinnering. Ik droom er nog steeds van om Parijs-Roubaix een keer te doen, en de Tour de France. Vorig jaar deed ik een deel van de Tour, omdat er veel covid-gevallen in de ploeg waren, maar ik zou graag een volledige Tour doen, helemaal tot aan Parijs. Het is iets speciaals, en net als iedereen droom ik ervan om het een keer te doen.”