Trainingskamp Valencia halverwege

Trainer Koen Pelgrim zag dat de omgeving de perfecte trainingsomgeving voor de ploeg is. “De kwaliteit van de wegen is goed hier. Je kunt op het vlakke trainen, maar ook het gebergte in trekken voor diverse soorten klimmen. Je hebt lopende klimmen en steile klimmen. Het weer is ook goed. De rustdag is de eerste bewolkte dag in 6 dagen tijd. Dit is de perfecte plaats voor onze training.”

Het trainingskamp is ook de juiste gelegenheid om de renners te monitoren tijdens hun trainingen naast de fiets. Door de fysiotherapeuten en trainers wordt hierbij dan vooral gelet op de techniek en de vooruitgang. Sommige renners ondergingen tests op de ergometer onder toeziend oog van Pelgrim en de staf van de Bakala Academy.

“We deden dezelfde tests die we eerder met onze Belgische jongens deden in de Bakala Academy. We hebben de andere jongens hier getest. We willen het niveau van de renners weten, zodat we de trainingszones hierop aan kunnen passen tijdens deze stage en tot de tijd waarop we ze opnieuw testen tijdens ons tweede trainingskamp”, aldus Pelgrim.

Voedingsspecialisten van de Bakala Academy spraken met de renners over hun voedingspatronen voor het komende seizoen. Daarnaast werd er direct na de training kracht en stabiliteitstraining gedaan door diverse renners. “Het is bewezen dat dit renners kan helpen. We doen dit altijd in de voorbereidingsfase als de renners thuis zijn en zetten dit voort tijdens deze stage. Daarom hebben we de uitrusting hiermee naartoe genomen en voeren we het programma door.

Het grootste gedeelte van het trainingskamp wordt natuurlijk doorgebracht op de fiets. De intensiteit verschilt per renner. “We hebben de groep in drieën verdeeld. Een groep met de renners voor de Tour Down Under, zij hebben hardere en meer specifieke training nodig om ze klaar te stomen. Dan hebben we de renners voor de Belgische klassiekers en de sprinters. En dan zijn er nog de klimmers”, aldus Pelgrim.  “Onze langste training was rond de 150 kilometer, dat was gisteren. Twee dagen daarvoor deden we rond de 100 of 120 kilometer, afhankelijk van de groep.”

Na de rustdag van zondag zijn er nog genoeg dagen over waarin veel werk moet worden verzet door de renners. “Morgen voorspellen ze veel regen, dus dan moeten we wat freestylen. We gaan zien wat we kunnen doen. Daarna volgt er een zwaar trainingsblok. Intervaltrainingen voor de renners die naar Down Under gaan. Voor de klassiekermannen en sprinters volgen sprints over 200 meter. De klimmers trekken op duurtraining met krachttraining als afsluiting. De laatste dag hebben we lange ritten voor de klimmers, een duurtraining en tijdrittraining voor de klassieker- en sprintgroep. De renners voor Down Under trekken dan voor een lange training richting de bergen. Dus je ziet er is nog veel werk te doen voor onze renners.”