Parcours jubileumeditie Giro d’Italia bekend
De 100e editie van de Giro d`Italia (5 – 28 mei) start op Sardinië. Aan het einde van de vierde etappe wacht de Etna, de grootste actieve vulkaan in Europa. Deze vulkaan blijkt slechts een aperitief voor wat komen gaat. Onder meer de Blockhaus, Oropa, Stelvio, Mortirolo, Passo Pordoi, Piancavallo en Monte Grappa wachten op de renners in het vervolg van de Giro.
Naast de zware cols zijn er twee individuele tijdritten. De eerste tijdrit is voorzien in rit 13 (Foligno – Montefalco, 39 km). Op de laatste dag wacht een rit tegen de klok over 28 kilometer op een vlak parcours. In de drie weken door Italië krijgen de sprinters 6 kansen om hun kunsten te tonen.
Gianluca Brambilla was in 2016 de eerste Italiaan die de roze trui mocht aantrekken na zijn zege in rit 8. Na de officiële voorstelling van het parcours liet de Italiaan zijn licht schijnen op de 100e Giro. “Het wordt vanaf het begin een lastige Giro. Het wordt nog zwaarder wanneer we het vaste Italiaanse land bereiken.”
De Stelvio rit wordt erg zwaar, maar de 18e rit wordt de zwaarste rit in mijn ogen. De Giro loopt dan bijna ten einde, terwijl we vijf zware klimmen voor de wielen krijgen.
“Wanneer een renner een slecht moment heeft in de derde week, dan kan hij serieus veel tijd verliezen en daarmee zijn kans op een goed klassement. De tijdritten worden natuurlijk ook belangrijk voor het klassement. Het meest cruciale voor de renners die een goed klassement willen rijden, is dat ze niet in de allerbeste conditie aan de start verschijnen maar langzaam verbeteren tijdens de koers.”
Photo credit: ©Tim De Waele