De 22-jarige sloeg toe in de massasprint na perfect voorbereidend werk van zijn ploegmaats.
Fabio Jakobsen bezorgde Deceuninck – Quick-Step de 24e zege van het seizoen in de 122,6 kilometer lange derde rit in de Tour of Turkey. Jakobsen werd perfect gegangmaakt door zijn ploegmaats en werd door Max Richeze in een zetel afgeleverd voord de sprint. De Nederlandse sprinter klopte leider Sam Bennett (Bora-Hansgrohe) en Mark Cavendish (Dimension Data).
“Ik zat iets te ver bij het ingaan van de slotkilometer, maar ik bleef kalm en vol vertrouwen. Max startte zijn lead-out op 400 meter van de streep. Ik wilde laat aangaan vanwege de tegenwind. In de sprint ging ik iets te dicht langs de nader, waardoor ik een vlag meepakte op mijn shifter. Gelukkig zonder gevolgen en zo kon ik mooi teamwork afronden”, aldus Jakobsen na afloop.
Tijdens de etappe van Çanakkale naar Edremit reed Eros Capecchi weer lange tijd op kop om een kopgroep van 6 renners binnen schot te houden. Het zestal kreeg een maximale voorsprong van 3 minuten, die vervolgens langzaam terugliep. In de finale werden de vluchters terug gehaald en kon de daadwerkelijke sprintvoorbereiding beginnen.
De lead-out machine van Deceuninck – Quick-Step bestond uit Remco Evenepoel, Davide Martinelli, Michael Mørkøv en Alvaro Hodeg. Richeze was daarna de laatste wagon voordat Jakobsen zijn sprint inzette.
“Zonder mijn team was dit niet mogelijk geweest, het is hun zege. Natuurlijk kwam ik als eerste over de streep, maar alleen maar omdat ik kon profiteren van hun exceptionele werk. De laatste meters gingen iets omhoog, dat was ook wel in mijn voordeel. Het is fantastisch om op de bovenste tree van een podium te staan samen met Bennett en Cavendish. We kwamen hier voor minimaal een ritzege, die hebben we alvast te pakken. Nu zien wat we kunnen in de komende etappes”, besloot Jakobsen zijn verhaal.
Photo credit: ©Justin Setterfield/ Getty Images