De Dolomieten hadden prachtige vergezichten en flinke stijgingspercentages in petto voor het peloton.
De voorlaatste dag van deze Giro d`Italia was gevuld met vijf klimmen: Cima Campo, Passo Manghen, Passo Rolle, Croce d’Aune en Croce d’Aune – Monte Avena. In totaal goed voor bijna 6000 hoogtemeters, waarmee het een van de zwaarste ritten in de afgelopen jaren was.
Er werd vanaf de start flink gekoerst, zodat er een groep van 40 renners overbleef op de flanken van de eerste klim. Daar ontstond een kopgroep van een dozijn renners, met daarbij Eros Capecchi. Zij bleven voorop tot in de vallei tussen Passo Manghen – de Cima Coppi van dit jaar – en Passo Rolle. Nadat een uitgedunde groep der favorieten vooraan aansloot volgde er een korte adempauze voordat een nieuwe kopgroep ontstond. Capecchi was opnieuw van de partij in deze groep.
De 32-jarige Italiaan was afgelopen week nog vijfde in Pinerolo. In de kopgroep werkte hij stevig mee aan het uitbouwen van een voorsprong van ruim 3 minuten op de eerste achtervolgers. Op de steile Croce d’Aune moest Capecchi het hoofd buigen, maar dat maakte zijn prestatie er niet minder om. De Deceuninck – Quick-Step renner reed deze Giro meer dan 400 kilometer in de aanval.
Photo credit: ©Tim De Waele/ Getty Images