Alaphilippe gaf opnieuw alles en gaat zo als leider de slotweek in.
In de zwaarste etappe van de Tour tot nu toe kreeg Julian Alaphilippe het voor het eerst echt lastig op de slotklim toen de versnellingen in de groep met klassementsrenners begonnen te komen. De Deceuninck – Quick-Step bleef echter alles geven en knokte zich helemaal leeg om zijn gele trui te behouden.
De etappe startte vanuit Limoux en kende opnieuw een snelle start. Pas na een uur kreeg een vluchtgroep het groene licht. Deceuninck – Quick-Step nam haar verantwoordelijkheid in het peloton en deed veel werk in de achtervolging. Kasper Asgreen, Dries Devenyns, Yves Lampaert, Michael Mørkøv, Max Richeze en Elia Viviani keerden zich stuk voor stuk binnenste buiten om Julian Alaphilippe zo goed mogelijk te ondersteunen en het gat met de vluchters te verkleinen op de Col de Montségur en Mur de Péguère.
Op Péguère kwamen veel aanvalspogingen, maar Alaphilippe gaf geen krimp en kwam zonder problemen over de top. Op de Prat d’Albis (11.8km, 6.9%) gooide Thibaut Pinot (Groupama-FDJ) de knuppel in het hoenderhok op 5 kilometer van de streep. Alaphilippe counterde direct ,maar een volgende poging van Pinot was er te veel aan voor de Fransman. Alaphilippe bleef echter doorvechten en probeerde het tijdsverlies zoveel mogelijk te beperken.
Uiteindelijk hield Alaphilippe nog anderhalve minuut voorsprong over in het klassement, waarmee de Fransman dus als leider de slotweek in gaat. “Ik wil allereerst de ploeg bedanken. Ze deden fantastisch werk in het controleren van de koers en mij te beschermen. Het was een hele zware dag. Mijn doel was om het geel vandaag te behouden. Ik ben blij dat het gelukt is! Ik weet dat de slotweek nog heel erg zwaar wordt, maar ik wil van elk moment genieten deze Tour. Morgen is het gelukkig rustdag. Ik kijk er naar uit om mijn familie te zien en wat te trainen.”
Photo credit: ©Tim De Waele/ Getty Images