Iljo Keisse en Pieter Serry stonden beide op het podium in Anzegem.
Een niet alledaags scenario op het Belgisch kampioenschap in Anzegem vandaag. Een grote groep van 20 renners nam al vroeg de benen en werd niet meer terug gezien. Iljo Keisse en Pieter Serry zaten mee in deze kopgroep, die met nog zo`n 100 kilometer te gaan 5 minuten voorsprong had.
Verschillende renners probeerden de Tiegemberg als springplank te gebruiken om het gat met de koplopers te verkleinen, maar elke poging mislukte jammerlijk. Dit kwam mede door toedoen van de andere Deceuninck – Quick-Step renners. Bert Van Lerberghe en Mauri Vansevenant neutraliseerden eigenhandig diverse pogingen.
Vooraan begon steeds meer het geloof te komen dat de vluchters het gingen redden. Keisse en Serry waren mede de gangmakers van de kopgroep. In de laatste ronde was het verschil met het achtervolgende peloton nog altijd 2 minuten en was duidelijk dat de winnaar vooraan zat. Op een korte heuvel versnelde Pieter Serry. Hij sloeg een gaatje, maar sloeg tegen de grond. Serry zag Dries De Bondt (Alpecin-Fenix) passeren, maar gaf niet direct op. Serry werd ingerekend door de achtervolgende groep, maar bleef alles geven om het gat met De Bondt te dichtten. Dat lukte echter niet, De Bondt soleerde naar de titel. Keisse en Serry sprintten enkele seconden later naar de overige podiumplaatsen.
“Ik heb erg hard gewerkt de afgelopen maanden. De conditie was erg goed na een hoogtestage en de Tour of Slovakia. Ik voelde me daar goed op de heuvels en dat gaf veel vertrouwen voor vandaag. Ik was gefocust bij de start en zat direct mee in de kopgroep met Iljo. Na mijn aanval in de finale gleed mijn wiel weg in een bocht. Erg jammer. Op de laatste klim probeerde ik het nogmaals, maar iedereen zat in mijn wiel. Het was frustrerend om te zien dat niemand mee wilde werken in de achtervolging. Natuurlijk ben ik teleurgesteld, want zonder die valpartij was ik dichtbij mijn eerste zege ooit geweest”, aldus Serry na de koers.
Keisse stond met dezelfde gevoelens aan de streep. “We koersen altijd om te winnen, dat was vandaag niet anders. Het was een rare koers eigenlijk. De eerste 100 kilometer was het volgas om maar een gaatje te pakken. We wisten wel dat we een kans maakten omdat alle sterke teams vertegenwoordigd waren. Op 2 ronden voor het einde hadden we nog 2 minuten en besprak ik met Pieter de strategie voor de finale. Dat ging allemaal goed, tot die valpartij. Het is erg jammer, maar dat is ook wielrennen. De podiumplaatsen zijn een troostprijs, want we wilden de titel vandaag.”
Photo credit: ©Luc Claessen / Getty Images