Tour: aanvalsrijke bergrit

Doordat er veel groepen probeerden te ontsnappen lag het tempo verschrikkelijk hoog. Sylvain Chavanel waagde zijn kans al vroeg in de etappe, maar zijn groepje werd snel ingerekend. Kevin de Weert zat daarna mee in een groep van 24 renners. Uit die groep ontsnapten Jeremy Roy (FDJ-BigMat) en Fredrik Kessiakoff (Astana Pro Team). De Weert ging samen met Steven Kruiswijk (Rabobank) in de achtervolging aan de voet van de vijfde klim van de dag. Op de Côte de Saulcy rekenden De Weert en Kruiswijk de koplopers bij, de andere renners volgden op 25 seconden. Thibaut Pinot (FDJ-BigMat) en Christophe Kern (Team Europcar) maakten op dezelfde col de oversteek naar de koplopers, wat voor Kessiakoff het teken was om aan te vallen.

Op de zesde klim van de dag, de Col de la Caquerelle , spatte de achtervolgende groep helemaal uit elkaar. De Weert kon het tempo niet meer volgen en werd ingerekend. “Het was een echt zware dag. Vanaf de start werd er volop aangevallen. Sylvain was eerst mee, maar later kwam ik met een groep voorop. We hadden vanochtend tijdens de meeting al besloten dat er iemand van ons mee moest zitten van voren. En dat heeft gewerkt”, aldus De Weert na afloop. “Toen ik aan het front kwam waren er nog 2 renners weg. Met 20 renners in mijn groep was het niet de meest ideale situatie, dus besloot ik aan te vallen. Daarna kwam alles echter weer bij elkaar. Ik denk dat alle inspanningen van de eerste week met Levi door begonnen te wegen. Ik was dus aan het einde van mijn krachten. Maar we hebben het geprobeerd en we gaan het opnieuw proberen.”

Ondertussen behield Kessiakoff zijn koppositie. Pinot en Tony Gallopin (Radioshack-Nissan) bleven achtervolgen met nog 28 kilometer voor de boeg. Op de Col de La Croix begon Kessiakoff vermoeid te raken, terwijl Pinot op kwam stomeen. Met 16,5 kilometer te gaan kwam de Fransman  bij de Zweed en liet die meteen ter plaatse. Pinot ging alleen verder op zoek naar de ritzege. Een selecte groep van 9 renners met Bradley Wiggins (Sky Procycling), Cadel Evans (BMC Racing Team), Jurgen Van den Broeck (Lotto-Belisol), Vincenzo Nibali (Liquigas-Cannondale) en Chris Froome (Sky ProCycling) vochten voor de tweede plaats.

"Ik denk dat iedereen vandaag geleden heeft”, vertelde Leipheimer die met zijn 20e stek de beste renner van de ploeg was. “Het was een erg zware rit. Ik had echter niet verwacht  dat het peloton zo zou verbrokkelen. Ik was verrast door de klimmen vandaag, ze waren erg zwaar. De laatste dagen waren zwaarder dan iedereen verwacht had. Wat kun je zeggen? Het is een mooie koers geweest.”

Peter Velits eindigde in de groep achter Leipheimer. “Levi zat net voor me en het was een erg zware dag. Het was superzwaar in het begin. Ik zat op een gegeven moment in prima positie, maar op 1 kilometer van de top moest ik lossen. Maar het is in ieder geval beter dan gisteren. Mijn benen voelden beter en ik heb vertrouwen”, aldus Velits.

Maandag staat een tijdrit over 41 kilometer op het programma. Wereldkampioen Tony Martin bereikte zijn doel door de ritten voorafgaand aan de tijdrit te overleven. Al ging dat niet eenvoudig. “Het was een zware dag in de bergen. De hand was erg pijnlijk, maar ik heb de twee bergritten overleefd. Ik richt me nu op de tijdrit van morgen. Vanavond ga ik mijn positie op de fiets iets aanpassen. We gaan proberen om samen met de mecaniciens de perfecte afstelling te vinden. Ik ga morgen alles geven, maar het wordt niet makkelijk voor me.”